Kreidezeit Leemverf
OverzichtLeemverf van Kreidezeit in poedervorm, volgens de nieuwe formulering (medio 2017). Deze leemverf heeft eenzelfde wit als de vega-caseineverf van Kreidezeit. Het is dus te karakteriseren als een ''echt'' wit, zoals reguliere witte muurverf - een fractie zachter van uiterlijk doordat het wit bestaat uit witte klei (= leem), fijn marmerpoeder en krijt. Met droge pigmenten (maximaal 10%) kunnen andere (lichte) kleuren gemaakt worden. Zet dit pigment eerst meerdere uren op een weinig water, zodat het zich tot pasta vormt waarmee de verf klontvrij is aan te kleuren.
Het bindmiddel (de witte klei) wordt verder in zijn hechting geholpen door plantaardig eiwit en plantenzetmeel. Tezamen met soda (dit zorgt ervoor dat het eiwit goed in water oplost) en de eerder genoemde dekkende vulmiddelen zijn dit alle inhoudsstoffen. Het enige dat uit de verf verdampt, is het water dat u er zelf aan toevoegt.
Geschikte ondergronden zijn alle draagkrachtige en tenminste enigzins zuigende ondergronden zoals leem, kalk, gips en beton, papierbehang of papiervlies en gipsplaten. Ook de meeste oude muurverf is geschikt, bij voorkeur is deze mat en niet van een uitzonderlijk hoge bindmiddelkwaliteit (dan zit er teveel plastic in de ondergrond, dit komt de zuiging en dus de hechting niet ten goede).
Zuigende ondergronden dient men voor te strijken met (vega) caseinegrondering.
In 2 kilo (voor ongeveer 1 laag op 16m2) of 7.5 kilo (1 laag op 60m2). Leemverf dekt goed, meestal wordt een volledige dekking bereikt in 2 lagen.
De laag is overschilderbaar na 8 uur.
N.B. een verf waarbij de dekking berust op vulmiddelen in plaats van op pigment, is nat bijna altijd redelijk transparant. Men ziet dus nat niet goed wat men doet. Een proefopzetje, hoe klein ook (op bijv. een stuk karton) laat zien hoe het werkt. Aanbrengen met roller en / of kwast. Opzetten en verdelen, niet te lang blijven rollen op 1 plek. Bij het drogen komt de dekkracht naar voren. Indien men de verf heeft gekleurd met pigment, ziet dit er nat veel donkerder uit dan droog. De (witte) vulmiddelen krijgen pas hun beslag als het water verdampt.
Een tweede laag maakt in eerste instantie ook visueel minder dekkend (en donkerder bij een kleur), omdat de eerste laag weer benat wordt. Bij droging trekt het dekkend (en lichter) op.